Ongevraagd advies voor het nieuwe RBC

Gepost door:Remy // 2011-08-27 00:00:00 // 3970 keer bekeken

Op 8 juni jl. werd RBC failliet verklaard. Nadat een doorstart in de Hoofdklasse ook van de baan was, werd duidelijk dat RBC uit het Nederlandse voetbal zou verdwijnen. De club was door wanbeleid van Jan Pollemans aan de rand van de afgrond gebracht, zonder hierbij gehinderd te worden door sponsoren, supporters, collegas, commissarissen en politici. Voor de nieuwe directeur Jeffrey Kooistra was er geen redden meer aan: de club bleek op sterven na dood. Uiteindelijk viel de BVO om. De stichting RBC schijnt nog te bestaan, al wordt nauwelijks nog iets vernomen van dit orgaan.

Nu de stofwolken van het faillissement zijn opgetrokken sijpelen er geruchten door dat er gewerkt wordt aan een nieuw RBC, dat zou moeten starten in de vijfde klasse van het amateurvoetbal. Het teloorgaan van de BVO RBC is een treurige zaak, maar het initiatief om de naam RBC te laten terugkeren in de krochten van het amateurvoetbal is op zijn minst hartverwarmend. Cruciale vraag is of is dit project levensvatbaar is. Cynici kunnen zich afvragen: waarom zou een RBC-supporter warm moeten draaien voor een spin-off van zijn ter ziele gegane club? En waarom zou het nieuwe RBC succesvol zijn, in de zin dat er opnieuw een achterban aan sponsoren en supporters ontstaat die de club in staat stelt te groeien?

Eerst die tweede vraag. In Voetbal International van 17 augustus vertelt sportmarketeer Bob van Oosterhout over voetbal en commercie. Hij stelt onder andere dat sponsoring erg belangrijk is voor BVOs, omdat de opbrengst uit tv-gelden in het Nederlandse voetbal beperkt is. Daarom is het zaak een omvangrijke commercile afdeling te onderhouden. Een BVO is voor de helft een marketingbedrijf. Zoals de hele organisatie aan anorexia leed, was de commercile afdeling van RBC in handen van anderhalve werknemer. Geen wonder dat inkomsten tegenvielen. Van Oosterhout ziet drie belangrijke factoren die het marketingsucces van een voetbalclub, maar eigenlijk van een sportclub in het algemeen, bepalen. Laat ik eens proberen deze te koppelen aan het nieuwe RBC. De BVO is niet meer, maar de poging van enkele nog onbekende Roosendalers om opnieuw te beginnen verdient lof, en biedt ook kansen de weeffouten die de BVO hebben genekt te herstellen.

Ten eerste dient een club zich goed te profileren. Niet, zoals elke willekeurige club, als de clichmatige familieclub waar jong en oud zich thuis voelt en waar sportiviteit en presteren hand in hand gaan. Dat is te makkelijk, te breed. Maar hoe dan wel? De BVO RBC profileerde zich niet. RBC stond in den lande bekend als sympathiek kleinduimpje, maar deed te weinig om dit imago te gelde te maken. De BVO was te veel een grijze muis, in een weinig onderscheidend stadion. Een breed gedragen gevoel onder de eigen achterban is dat de BVO gegijzeld werd door incompetente bestuurders als Jan Pollemans en Mascha Simons, en dat de banden met de van oorsprong uit Kalsdonk afkomstige achterban zeer op de proef werden gesteld. Het nieuwe RBC zou hierop in kunnen spelen door zich te profileren als de club die terug gaat naar de roots. RBC was een volksclub uit een arbeiderswijk. Die arbeiderswijk is weliswaar grotendeels gesloopt, de mentaliteit leeft voort in andere delen van Roosendaal. Hierop inspelen betekent sympathie winnen. Mocht het nieuwe RBC er komen, zal er niet meteen beschikking zijn over een eigen speelterrein. Het inrichten van een locatie naar eigen goeddunken zal dus op zich laten wachten, maar het kan geen kwaad hier al gedachten over te ontwikkelen.

Een tweede aanbeveling van Van Oosterhout is ervoor zorgen dat een club over een hoofdsponsor beschikt die qua identiteit correspondeert met de waarden van de club. Hoewel de waarden van de club door de jaren heen ondoorzichtig zijn geraakt is de conclusie gerechtvaardigd dat van correspondentie tussen merk en BVO RBC geen sprake was. Hij of zij die zo gek was een bedrag op tafel te leggen mocht met zijn naam op het oranje tricot. De mosselman, een IT-bedrijf, verschillende supermarkten, nog een IT-bedrijf, we hebben het gezien. Op een gegeven moment waren er geen kandidaten meer en trapte RBC in de valkuil van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Fonds Gehandicaptensport kwam op de shirts te staan. Wanneer de onderliggende ideologie uitgedragen wordt in het handelen van de hele BVO is er volgens Van Oosterhout niks mis mee zon actie uit te halen. Echter: dan moet je niet bij de presentatie ervan meteen roepen dat je er indirect financieel beter van wil worden, zoals Pollemans deed. Dan wordt het plekje op het tricot een vergiftigd geschenk. Het nieuwe RBC dan. Wanneer zij beginnen in de vijfde klasse is het nog niet echt relevant welke lokale melkboer of slagerij er wil sponsoren. Mocht de club weer opklimmen, dan is het zeker belangrijk te streven naar een duurzame en structurele klik met bedrijfsleven, in plaats van het machtige tricot te verpatsen aan de eerste de beste. Omdat de plannen nog zeer prematuur zijn is het lastig hier concreter in te zijn.

De derde en laatste aanbeveling is zo logisch dat het eigenlijk een schande is dat hij genoemd moet worden: koester je boegbeelden! Dit hoort voor elke sportclub, ongeacht het niveau en tak van sport, vanzelfsprekend te zijn. Vooruit, toch even terugkijken. Clubiconen werden bij de BVO niet gekoesterd. Hellemons was dan wel trainer en Bominaar archivaris, de verbittering onder vele, vele oud-spelers over hoe er door beleidsbepalers met de club om werd gesprongen was niet van lucht. Heel Nederland met uitzondering van West-Brabant denkt dat Van Hooijdonk bij NAC begonnen is. Als er een receptie werd georganiseerd moesten nabestaanden van prominenten entree betalen. Voor mensen die zich decennialang inzetten voor de supportersvereniging was nauwelijks waardering. De tribunes heetten Oost of West, in plaats van Gerrie Voets-tribune. Maar dat was niet alles. Het logo en de naam van de club werden gewijzigd, zonder respect voor de historie van de club. Aanbevelingen voor het nieuwe RBC: probeer oud-spelers warm te maken voor dit initiatief. Niet per se de hotemetoten als Hellemons en Van Hooijdonk, maar gewoon, de trouwe dienaren die 150 wedstrijden als semiprof voor RBC speelden. Maak gebruik van de passie en expertise van een enkeling bij de supportersvereniging. Leg in de statuten precies vast welke kleur oranje bij RBC hoort, zodat we pasteltinten niet meer afwisselen met fluorescerend oranje. En weg met dat vreselijke blauw! Herstel het oude logo met het machtige kroontje in ere. Speel net als in vroeger tijden in een tricot met V-hals.

Dan het antwoord op vraag twee. Waarom zou een RBC-fan, nauwelijks bekomen van het verlies van zijn club, zich opnieuw in een amoureuze relatie moeten storten met een club waarvan de identiteit betwistbaar is en de toekomst allerminst zeker? Daarop is nauwelijks een eenduidig antwoord mogelijk. Er zijn mensen die stellen: RBC is weg, en een nieuw RBC is geen RBC meer. Anderen staan wel open voor het idee. Mocht het zo ver komen dat RBC weer gaat aftrappen, dan zal ieder het voor zichzelf moeten bepalen of hij hetzelfde voelt voor het nieuwe als voor het oude RBC.

Het dringt de vraag bij jezelf op: waarom ben ik voor RBC? En waarom zou ik voor die nieuwe club zijn? Als die nieuwe club er straks zou zijn, dan zal uw auteur het in ieder geval een kans geven. Al is het alleen maar uit dankbaarheid richting de mensen die er tijd en moeite in steken. Niemand weet hoe het uit zal pakken. Of men erdoor gegrepen wordt zal afhangen van kleine dingetjes denk ik: wat voor logo? Wat voor shirt? Van wie gaat dit initiatief uit? Spelen ze het clublied als de spelers het veld op komen? Komen er meer oud-RBCers kijken? Zijn het oude RBCers met goede bedoelingen? Hoe wordt invulling gegeven aan het hele project?

Het antwoord op deze vragen is voorlopig niet te geven. De kans dat het sympathieke idee om RBC vanaf de grond weer op te bouwen aanslaat kan wel vergroot worden door van eerdere fouten te leren en de genoemde aanbevelingen in overweging te nemen.
Tot slot: zoals je je iconen moet eren, moet je je demonen op afstand houden. Vermijd iedere associatie met Pollemans en zijn regime. Gebeurt dit niet, is het initiatief bij voorbaat kansloos.

Eric Konings




Reacties

Er zijn nog geen reacties toegevoegd